Inclusie (VN verdrag 2015)

Inclusie is ontzettend belangrijk omdat het de basis vormt voor een rechtvaardige en gelijkwaardige samenleving. Het gaat erom dat mensen van alle achtergronden, ongeacht hun ras, geslacht, seksuele geaardheid, religie, leeftijd, nationaliteit, fysieke beperkingen of andere factoren, volledig worden geaccepteerd en gewaardeerd.

Een inclusieve samenleving creëert gelijke kansen en geeft alle individuen de mogelijkheid om hun volledige potentieel te bereiken. Het zorgt ervoor dat alle stemmen worden gehoord en dat alle perspectieven worden gewaardeerd, wat leidt tot een meer diverse en veerkrachtige gemeenschap.

Inclusie is ook van cruciaal belang op de werkplek. Het bevordert een positieve werkcultuur waarin alle medewerkers zich welkom voelen en kunnen bijdragen. Een inclusieve werkomgeving kan bijdragen aan betere prestaties, creativiteit en innovatie, omdat medewerkers zich vrij voelen om ideeën te delen en feedback te geven.

Kortom, inclusie is van groot belang voor de individuele en collectieve groei, welvaart en ontwikkeling. Het gaat niet alleen om gelijke rechten en kansen, maar ook om het creëren van een samenleving en een werkomgeving waarin alle individuen zich gewaardeerd en gerespecteerd voelen.

Inclusionisten

“Inclusionisten” is geen term die vaak wordt gebruikt in de algemene discussie over inclusie. Het is echter mogelijk dat deze term in een bepaalde context wordt gebruikt om te verwijzen naar mensen of groepen die zich inzetten voor het bevorderen van inclusie en het creëren van meer inclusieve gemeenschappen en organisaties.

Over het algemeen kan worden gezegd dat inclusionisten personen zijn die zich inzetten voor inclusie, diversiteit en gelijkheid voor alle individuen, ongeacht hun achtergrond, identiteit, vaardigheden of beperkingen. Inclusionisten kunnen bijvoorbeeld actief zijn in het onderwijs, de gezondheidszorg, het bedrijfsleven of de politiek en zich richten op het bevorderen van inclusieve beleidsmaatregelen, programma’s en praktijken.

Inclusionisten kunnen ook lid zijn van organisaties die zich inzetten voor inclusie, zoals belangenbehartigingsgroepen voor mensen met een handicap, LGBTQ+ gemeenschappen, raciale en etnische minderheidsgroepen en anderen. Hun doel is om een ​​meer inclusieve en rechtvaardige samenleving te creëren waarin iedereen wordt gewaardeerd en gerespecteerd.

Voorbeeld indeling inclusie

Inclusie kan op verschillende manieren worden ingedeeld, afhankelijk van het perspectief en de context waarin het wordt gebruikt. Hier zijn een paar veelvoorkomende manieren om inclusie in te delen:

  1. Inclusie op basis van identiteit: Dit houdt in dat mensen van alle identiteiten (zoals geslacht, ras, seksualiteit, religie, etc.) volledig worden opgenomen en geaccepteerd in een gemeenschap, organisatie of samenleving.
  2. Inclusie op basis van vaardigheden: Dit betekent dat mensen van alle niveaus van bekwaamheid of vaardigheid worden opgenomen in een bepaalde omgeving. Dit kan bijvoorbeeld van toepassing zijn op mensen met een handicap, die misschien extra ondersteuning of aanpassingen nodig hebben om volledig te kunnen deelnemen.
  3. Inclusie op basis van diversiteit: Dit gaat om het omarmen van diversiteit in de breedste zin van het woord en het waarderen van verschillen in taal, cultuur, religie, ervaring, enz. Het gaat erom ervoor te zorgen dat iedereen zich welkom en gewaardeerd voelt, ongeacht hun achtergrond.
  4. Inclusie op basis van locatie: Dit houdt in dat mensen ongeacht waar ze wonen, werken of zich bevinden, gelijke toegang hebben tot diensten en middelen.

Het is belangrijk om op te merken dat deze indelingen niet noodzakelijkerwijs los van elkaar staan en elkaar kunnen overlappen. Inclusie is een complex en veelzijdig concept dat afhangt van de context en de mensen die erbij betrokken zijn.

1. Inclusie op basis van identiteit

Inclusie op basis van identiteit houdt in dat mensen van alle identiteiten (zoals geslacht, ras, seksualiteit, religie, enz.) volledig worden opgenomen en geaccepteerd in een gemeenschap, organisatie of samenleving. Het gaat erom ervoor te zorgen dat iedereen, ongeacht hun achtergrond, zich welkom en gewaardeerd voelt, en dat er geen discriminatie of uitsluiting plaatsvindt op basis van iemands identiteit.

Dit kan betekenen dat er beleid wordt ontwikkeld om ervoor te zorgen dat iedereen gelijke kansen krijgt, ongeacht hun identiteit. Het kan ook betekenen dat er actief wordt gewerkt aan het bevorderen van diversiteit en inclusie binnen een organisatie of gemeenschap, bijvoorbeeld door het organiseren van evenementen of trainingen om mensen bewust te maken van de verschillen en overeenkomsten tussen verschillende identiteiten.

Inclusie op basis van identiteit is gericht op het creëren van een samenleving waarin iedereen gelijke kansen heeft en waarin alle individuen, ongeacht hun identiteit, worden gewaardeerd en gerespecteerd. Het is belangrijk omdat het ervoor zorgt dat niemand wordt uitgesloten of gediscrimineerd vanwege hun identiteit, en dat mensen kunnen leven en werken in een omgeving waarin ze zich veilig en gewaardeerd voelen.

2. Inclusie op basis van vaardigheden

Inclusie op basis van vaardigheden houdt in dat iedereen, ongeacht hun niveau van bekwaamheid of vaardigheid, de mogelijkheid heeft om volledig deel te nemen aan een bepaalde omgeving of activiteit. Dit kan bijvoorbeeld van toepassing zijn op mensen met een handicap, die mogelijk extra ondersteuning of aanpassingen nodig hebben om toegang te krijgen tot bepaalde faciliteiten of diensten.

Inclusie op basis van vaardigheden is gericht op het verminderen van barrières en het bevorderen van gelijke kansen voor alle individuen, ongeacht hun vaardigheden of bekwaamheden. Dit kan betekenen dat er aanpassingen worden gedaan aan de fysieke omgeving, zoals hellingbanen of liften voor mensen met mobiliteitsproblemen, of het kan betekenen dat er speciale ondersteuning of training wordt geboden voor mensen met leer- of ontwikkelingsproblemen.

Inclusie op basis van vaardigheden kan bijdragen aan een gevoel van verbondenheid en betrokkenheid bij de samenleving, en kan het gevoel van eigenwaarde en zelfvertrouwen van individuen vergroten. Het kan ook bijdragen aan een meer diverse en inclusieve samenleving, waarin iedereen wordt gewaardeerd en gerespecteerd voor wie ze zijn, ongeacht hun vaardigheden of bekwaamheden.

3. Inclusie op basis van diversiteit

Inclusie op basis van diversiteit houdt in dat er ruimte is voor en waardering is van verschillen in taal, cultuur, religie, ervaring, enzovoort. Het gaat erom ervoor te zorgen dat alle individuen, ongeacht hun achtergrond, zich welkom en gewaardeerd voelen in een gemeenschap, organisatie of samenleving.

Dit kan betekenen dat er beleid wordt ontwikkeld om ervoor te zorgen dat er respectvol wordt omgegaan met diversiteit en dat er maatregelen worden genomen om ervoor te zorgen dat mensen met verschillende achtergronden gelijke kansen hebben. Het kan ook betekenen dat er actief wordt gewerkt aan het bevorderen van begrip en acceptatie van verschillen binnen een organisatie of gemeenschap, bijvoorbeeld door het organiseren van evenementen, trainingen of culturele uitwisselingen.

Inclusie op basis van diversiteit is gericht op het creëren van een samenleving waarin verschillen worden geaccepteerd en gewaardeerd en waarin iedereen zich vrij kan uitdrukken zonder te worden veroordeeld. Het is belangrijk omdat het bijdraagt aan de ontwikkeling van begrip, empathie en respect tussen mensen met verschillende achtergronden, wat op zijn beurt kan leiden tot een meer inclusieve en harmonieuze samenleving.

4. Inclusie op basis van locatie

Inclusie op basis van locatie verwijst naar de toegang die mensen hebben tot bepaalde faciliteiten, diensten of activiteiten op basis van hun geografische locatie. Het kan betekenen dat bepaalde groepen mensen worden uitgesloten van bepaalde faciliteiten of diensten, omdat deze niet beschikbaar zijn in hun regio of buurt.

Dit kan bijvoorbeeld van toepassing zijn op mensen die in afgelegen gebieden wonen, waar er beperkte toegang is tot basisvoorzieningen zoals gezondheidszorg, onderwijs of vervoer. Inclusie op basis van locatie kan erop gericht zijn om ervoor te zorgen dat alle individuen, ongeacht hun geografische locatie, gelijke toegang hebben tot de benodigde faciliteiten en diensten.

Om inclusie op basis van locatie te bevorderen, kunnen er verschillende maatregelen worden genomen, zoals het verbeteren van infrastructuur en vervoersverbindingen om afgelegen gebieden beter bereikbaar te maken, of het opzetten van mobiele gezondheidsklinieken of scholen om toegang tot basisvoorzieningen te verbeteren in afgelegen gebieden.

Inclusie op basis van locatie is belangrijk omdat het ervoor zorgt dat alle individuen, ongeacht hun geografische locatie, gelijke toegang hebben tot basisvoorzieningen en kansen. Dit kan bijdragen aan een meer rechtvaardige samenleving en kan het welzijn en de kwaliteit van leven van individuen verbeteren.

Fysieke beperkingen

Er zijn veel verschillende fysieke beperkingen, waarvan sommige aangeboren zijn en andere worden veroorzaakt door letsel, ziekte of veroudering. Hier zijn enkele voorbeelden van fysieke beperkingen:

  1. Beperkte mobiliteit: Dit kan worden veroorzaakt door een verlamming, amputatie, spierzwakte, artritis of andere aandoeningen die de beweging beperken. Mensen met beperkte mobiliteit kunnen moeite hebben met lopen, staan, traplopen en het bereiken van objecten.
  2. Slecht zicht of blindheid: Dit kan worden veroorzaakt door aangeboren aandoeningen, oogziekten, verwondingen of veroudering. Mensen met slecht zicht of blindheid kunnen moeite hebben met lezen, navigeren en dagelijkse taken uitvoeren.
  3. Slechthorendheid of doofheid: Dit kan worden veroorzaakt door aangeboren aandoeningen, oorinfecties, lawaai of ouderdom. Mensen met slechthorendheid of doofheid kunnen moeite hebben met communicatie en kunnen afhankelijk zijn van gebarentaal of hoorapparaten.
  4. Chronische pijn: Dit kan worden veroorzaakt door letsels, ziekten of aandoeningen zoals artritis, fibromyalgie of migraine. Chronische pijn kan leiden tot beperkte mobiliteit en beperkingen in dagelijkse activiteiten.
  5. Beperkte fijne motoriek: Dit kan worden veroorzaakt door aangeboren aandoeningen of verwondingen en kan leiden tot moeilijkheden bij het uitvoeren van fijne motorische taken zoals schrijven, typen of het vasthouden van kleine objecten.
  6. Ademhalingsproblemen: Dit kan worden veroorzaakt door aandoeningen zoals astma, chronische obstructieve longziekte (COPD) of cystische fibrose en kan leiden tot beperkingen in fysieke activiteit.

Deze voorbeelden zijn slechts enkele van de vele fysieke beperkingen die mensen kunnen hebben. Het is belangrijk om te erkennen dat mensen met fysieke beperkingen vaak unieke behoeften hebben en dat inclusie voor deze groepen mensen essentieel is om een gelijkwaardige samenleving te creëren.

Mentale beperkingen

Er zijn verschillende soorten mentale beperkingen die mensen kunnen ervaren, variërend van milde tot ernstige aandoeningen. Hier zijn enkele voorbeelden van mentale beperkingen:

  1. Ontwikkelingsstoornissen: Dit zijn aandoeningen die de normale ontwikkeling van de hersenen beïnvloeden en kunnen leiden tot beperkingen in cognitieve, sociale en emotionele ontwikkeling. Voorbeelden zijn autisme, het syndroom van Down en intellectuele beperkingen.
  2. Psychiatrische aandoeningen: Dit zijn aandoeningen die invloed hebben op de geestelijke gezondheid, waaronder angststoornissen, depressie, bipolaire stoornis en schizofrenie.
  3. Neurologische aandoeningen: Dit zijn aandoeningen die de hersenen en het zenuwstelsel aantasten, zoals dementie, de ziekte van Parkinson, multiple sclerose en beroerte.
  4. Leerstoornissen: Dit zijn aandoeningen die de vaardigheid om te leren beïnvloeden, zoals dyslexie, dyscalculie en ADHD.
  5. Verslavingen: Dit zijn aandoeningen waarbij een persoon afhankelijk is van een bepaalde substantie of activiteit, zoals drugsverslaving, alcoholisme en gokverslaving.
  6. Traumatische ervaringen: Traumatische gebeurtenissen kunnen leiden tot mentale beperkingen, zoals posttraumatische stressstoornis (PTSS) en andere angststoornissen.

Het is belangrijk om te erkennen dat mentale beperkingen net zo echt en invloedrijk kunnen zijn als fysieke beperkingen en dat mensen met mentale beperkingen vaak unieke behoeften hebben. Inclusie voor deze groepen mensen is essentieel om een gelijkwaardige samenleving te creëren en hen te ondersteunen bij het bereiken van hun volledige potentieel.

Mentale beperkingen

4. Leerstoornissen

Er zijn verschillende leerstoornissen bekend die de vaardigheid om te leren kunnen beïnvloeden. Hieronder staan enkele van de meest voorkomende leerstoornissen:

A. Dyslexie: Dit is een stoornis die invloed heeft op het vermogen om te lezen, te spellen en soms te schrijven. Mensen met dyslexie hebben vaak moeite om de letters in de juiste volgorde te zetten, woorden correct te spellen en om vlot te lezen.

B. Dyscalculie: Dit is een stoornis die het vermogen om wiskundige concepten te begrijpen, te onthouden en toe te passen beïnvloedt. Mensen met dyscalculie hebben vaak moeite met het begrijpen van getallen, het uitvoeren van wiskundige berekeningen en het oplossen van problemen die wiskundige vaardigheden vereisen.

C. Dyspraxie: Dit is een stoornis die invloed heeft op de coördinatie en de fijne motoriek, waardoor het moeilijk kan zijn om dagelijkse taken uit te voeren, zoals schrijven, knippen of kleding vastmaken.

D. ADHD: Dit is een stoornis die zich uit in problemen met aandacht, hyperactiviteit en impulsiviteit. Mensen met ADHD hebben vaak moeite om hun aandacht bij een taak te houden, hebben moeite met het organiseren van taken en hebben vaak moeite met het uitvoeren van taken die langdurige concentratie vereisen.

E. ADD (zie hieronder): Dit is een neurologische aandoening die zich uit in problemen met aandacht, concentratie en hyperactiviteit. Mensen met ADD hebben vaak moeite om hun aandacht bij een taak te houden, zijn gemakkelijk afgeleid en hebben moeite met het organiseren van taken.

F. NLD (Non-verbale leerstoornis): Dit is een stoornis die het non-verbale communicatie en het sociale inzicht beïnvloedt. Mensen met NLD hebben vaak moeite om non-verbale signalen te begrijpen en hebben vaak moeite met het interpreteren van sociale situaties.

Het is belangrijk op te merken dat leerstoornissen niet altijd een teken zijn van een lage intelligentie. Mensen met leerstoornissen hebben vaak specifieke vaardigheden en talenten die kunnen worden ontwikkeld en benut met de juiste ondersteuning en accommodaties.

E. ADD (uitgelicht)

ADD staat voor Attention Deficit Disorder, ook wel bekend als het overwegend onoplettend type ADHD. Het is een neurologische aandoening die zich uit in problemen met aandacht, concentratie en hyperactiviteit. Mensen met ADD hebben vaak moeite om hun aandacht bij een taak te houden, zijn gemakkelijk afgeleid en hebben moeite met het organiseren van taken.

Het verschil tussen ADHD en ADD ligt in de mate van hyperactiviteit. Bij ADHD is er sprake van hyperactiviteit, impulsiviteit en problemen met aandacht, terwijl bij ADD de hyperactiviteit minder aanwezig is en de focus meer ligt op problemen met aandacht en concentratie.

ADD wordt meestal vastgesteld in de kindertijd, maar kan ook bij volwassenen voorkomen. De oorzaken van ADD zijn niet volledig begrepen, maar het lijkt te worden veroorzaakt door een combinatie van genetische en omgevingsfactoren.

Behandeling van ADD omvat vaak medicatie en/of therapieën om de symptomen te beheersen en te leren omgaan met de uitdagingen die gepaard gaan met deze aandoening. Het is belangrijk om te erkennen dat mensen met ADD specifieke vaardigheden en talenten hebben en dat ze met de juiste ondersteuning succesvol kunnen zijn in hun persoonlijke en professionele leven.

Waar lopen ADD’ers tegen aan in de praktijk? (theoretisch)

Een persoon met ADD kan in de praktijk tegen verschillende uitdagingen aanlopen, afhankelijk van de ernst van de symptomen en de omgeving waarin hij of zij zich bevindt. Hieronder staan enkele voorbeelden van problemen die mensen met ADD kunnen ervaren:

  1. Moeite met concentreren: Mensen met ADD hebben vaak moeite om hun aandacht bij een taak te houden, waardoor het moeilijk kan zijn om taken af te maken of te focussen op belangrijke informatie.
  2. Vergeetachtigheid: Mensen met ADD hebben vaak moeite met het onthouden van informatie, afspraken en deadlines.
  3. Problemen met organiseren: Mensen met ADD hebben vaak moeite met het organiseren van hun taken en hun omgeving, waardoor het moeilijk kan zijn om efficiënt te werken en productief te zijn.
  4. Snel afgeleid: Mensen met ADD zijn vaak gevoelig voor afleiding, waardoor het moeilijk kan zijn om zich te concentreren op een taak als er geluiden, bewegingen of andere prikkels in de omgeving zijn.
  5. Moeite met plannen: Mensen met ADD kunnen moeite hebben met het plannen van hun dagelijkse activiteiten, waardoor ze zich overweldigd voelen en hun taken niet op tijd kunnen voltooien.
  6. Emotionele problemen: Mensen met ADD kunnen zich gefrustreerd, angstig, depressief of overweldigd voelen door de vele prikkels en uitdagingen in hun omgeving.

Het is belangrijk om te begrijpen dat niet alle mensen met ADD dezelfde symptomen en uitdagingen hebben, en dat de beste manier om om te gaan met ADD afhankelijk is van de individuele behoeften en omstandigheden. Met de juiste ondersteuning en behandeling kunnen mensen met ADD echter hun uitdagingen overwinnen en succesvol zijn in hun persoonlijke en professionele leven.

Waar lopen ADD’ers tegen aan in de praktijk? (praktisch)

  1. Sociaal
  2. Minder sociabel, moeite met small talk
  3. Moeite met telefoongesprekken
  4. Meer individueel gericht dan op de groep
  5. Moeite met samenwerken
  6. Humor niet altijd in de juiste context kunnen plaatsen
  7. Het gesproken woord letterlijk nemen
  8. Situatie niet goed aanvoelen, wanneer moet je stoppen
  9. Te naïef en daardoor makkelijk beïnvloedbaar
  10. Minder energie uit groepen mensen halen
  11. Drukke situaties vermijden
  12. Liever alleen dat met de groep
  13. Gedrag van andere mensen willen begrijpen
  14. Gedrag imiteren omdat het moeilijk is zelf iets te bedenken
  15. Organisatorisch
  16. Focus kwijtraken, impulsief overstappen op andere activiteit
  17. Systemen en structuren moeten kloppen
  18. Tellen van het aantal handelingen
  19. Overmatige belangstelling voor één onderwerp
  20. Herhaling in gedragingen en vasthouden aan routines
  21. Eerst opruimen, dan de klus doen
  22. Iedere dag lijkt nieuw, veel in herhaling vallen
  23. Te laat komen, moeite met inschatten van tijd
  24. Fysiek
  25. Met handen door het gezicht wrijven
  26. Motorische problemen (sporten)
  27. Gevoelige huid
  28. Extreem oppakken van geluiden
  29. Slecht slapen door moeite met verwerking prikkels
  30. Extreem oppakken van geuren
  31. Emotie en het brein
  32. Minder fantasierijk dan gemiddeld
  33. Over empathisch reageren, huilen bij verdriet van anderen
  34. Moeite met het verlaten van de denkende mens
  35. Moeite met denken van hoofd naar hart
  36. Moeite met begrijpen wat het ego inhoudt

Kennisbank

Multisensorisch betekent dat er meerdere zintuigen tegelijkertijd betrokken zijn bij een waarneming of ervaring. Het verwijst naar de manier waarop we informatie ontvangen, verwerken en interpreteren door het gebruik van onze zintuigen, zoals zicht, gehoor, tast, geur en smaak.

Bijvoorbeeld, als we een bepaald voedsel proeven, gebruiken we onze smaak- en reukzin om de smaak en geur van het voedsel te ervaren. We kunnen ook de textuur en temperatuur van het voedsel voelen met onze tastzin. Onze visuele waarneming kan ook een rol spelen bij het beoordelen van het voedsel, zoals de kleur en presentatie van het gerecht.

In de context van leerprocessen kan multisensorisch leren verwijzen naar het gebruik van verschillende zintuigen om informatie te leren en te onthouden. Bijvoorbeeld, door het combineren van visuele, auditieve en kinesthetische (bewegings-) ervaringen kan het leren versterkt worden. Het kan helpen om informatie beter te begrijpen, te onthouden en toe te passen in verschillende contexten.

Multisensorisch leren wordt ook vaak toegepast bij kinderen met leerstoornissen of speciale behoeften, om hun leerervaring te optimaliseren en hun betrokkenheid bij het leerproces te vergroten.